23 mei 2010

23 mei 2010

De Hommert

 

‘Dat is wel een klusje voor Rob’ en ze geven me het gastenboek. ‘Schrijf jij maar wat’. Maar om in enkele zinnen weer te geven wat ik van deze geweldige tuin vind valt niet mee. Woorden schieten tekort.

 

Vanaf de straat heb je geen idee welke Hof van Eden achter het toegangspoortje ligt en ik was dus enorm verrast toen ik deze tuin betrad. Het eerste dat opvalt is een geweldige taxus. ‘Zo’n tweehonderd jaar staat hij hier al’. Even voor de beeldvorming: dat betekent dat hij hier geplant werd toen Napoleon de macht overnam in Frankrijk, dat in Engeland Charles Dickens geboren werd en in Amerika het Wilde Westen werd veroverd, compleet met cowboys en indianen. Echt een hele tijd. Maar de Taxus heeft het moeilijk. ‘Hij is moe’, vertelt Jürgen.  Het is bekend dat taxus zeer gevoelig is voor zout en met de enorme hoeveelheden strooizout die de laatste jaren niet ver van zijn voet gestrooid werden zou dit best wel eens de reden van die ‘moeheid’ kunnen zijn.

 

We zijn te gast bij Jürgen en Minny Dippel bewoners en eigenaren van een oude hoeve met de bijbehorende tuin in Amstenrade. De boerderij werd gebouwd in 1635 door een rijke heerboer en heeft na al die eeuwen nog niets van zijn glans verloren.

. Veel authentieke elementen, waaronder een bibliotheek en zeven oude schouwen, zijn goed bewaard gebleven. Wat wel sterk veranderd is, is de tuin om de hoeve. Naar alle waarschijnlijkheid zal hij in het verleden een gebruikfunctie hebben gehad. Een jaar of vijftig geleden is de tuin opnieuw ingericht en heeft nu vooral een sierfunctie. Geen grote boomgaard en groentetuin, in combinatie met een pluktuin voor de bloemen binnenshuis meer, zoals dat vroeger vaak gebruikelijk was.

 

De tuin ligt aan de zijkant en achter de carréboerderij. De opbouw is rechtlijnig en is opgehangen aan twee zichtlijnen. De eerste, een pad aan de zijkant, loopt vanaf het begin, helemaal tot aan het einde van de tuin met zowel aan het begin als aan het einde een obelisk. Twee souvenirs van de vorige bewoner, een verwoed archeoloog. In het begin loopt het pad tussen plantvakken door, die omzoomd zijn door strakke buxushaagjes. Voorbij de helft liggen de perken alleen nog links terwijl rechts een grote grasvlakte ligt met enkele grote bomen. Een mammoetboom houdt al vijftien jaar de tuin goed in de gaten en zal dat komende tientallen, wellicht honderden jaren, steeds opvallender blijven doen, ook lang nadat wij er niet meer zijn. De tweede zichtlijn wordt gevormd door hoge buxusblokken in het gras, en loopt van achteren, tussen wat ooit het bakhuis was, maar nu een gezellige overkapte zitgelegenheid met stookplaats, en een rechtlijnige vijver door, naar voren. En als je de grote poorten open zet loopt hij zelfs nog door via de binnenplaats tot aan de straat. Wat een geweldig samenspel, deze oude hoeve met zijn ‘nieuwe’ baroktuin. Er heerst nu een serene rust. Alleen vogels doorbreken de stilte want van het geluid van de normaal drukke straat horen we niets. Jürgen vertelt van alles over de tuin, het ontstaan en zijn visie hieromtrent. Zelf gemaakte beelden, waaronder twee 'gebeeldhouwde' bomen, verlevendigen het geheel. We lopen verder en ik kan het niet laten om even aan de bloeiende meidoorn te ruiken, want de geur van meidoorn associeer ik al vanaf mijn jeugd met lente. Als we dichterbij de hoeve komen neemt de blauwe regen deze geurfunctie over. Letterlijk adembenemend!

 

 

Ik loop het oude bakhuis in en zie hoe het prachtige licht van de lage zon over de voor ons gereed staande kopjes en cake uitwaaiert. Wat een sfeer ademt dit allemaal uit, zeker met dit prachtige avondlicht.

 

     

 

     

Een geweldige avond, in een tuin om nooit te vergeten! 

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE