28 juli 2013

28 juli 2013

Waar is de mol

Glimmende klemmen langs het pad aan de boskant gaven al aan dat het grasveld niet aan gangengraver nummer 1 ontsnapt is. Het gras werd onlangs nieuw ingezaaid maar wordt ontsierd door hopen grond en kale plekken waar ooit hopen lagen. De Talpa europeae, alias de mol, probeert hier zijn territorium uit te breiden. Ongelijk kun je hem natuurlijk niet geven; vers omgewoelde grond, rijk aan regenwormen, wat wil een mol nog meer. Met zijn zachte velletje ziet hij er vertederend uit. Hij is weerloos boven de grond want zijn hele lijfje is gebouwd op zijn mijnwerkersleven, gestroomlijnd, met twee grote voorpootjes. Om het graven te vergemakkelijken staan de ‘handjes’ naar buiten. Het is een harde werker die met zijn gangen de grond luchtig maakt en draineert. De mol is bijna blind. Oogjes heeft hij wel maar omdat hij zijn hele leven onder de grond leeft heeft hij ze niet echt nodig. Uitwendige oren heeft hij niet. Hij kijkt met duizenden tastharen op zijn snuit, voorpoten en staart. Hij is hiermee ook in staat veranderingen in temperatuur en vochtigheid waar te nemen.

Tuurlijk, het is een vervelend gezicht als je strakke gazon opeens omgeploegd lijkt door een mol maar hij is alleen maar op zoek naar voedsel. Hij doet dit niet om je te pesten; hij leeft gewoon zijn leven. De gangen en hopen horen gewoon bij het beestje. Je zult het misschien niet geloven maar de mol verricht ook heel nuttig werk. Er zijn namelijk ook tal van insecten die je gazon kunnen ‘mollen’. Neem engerlingen, de larven van de meikever, en emelten, de larven van de langpootmug. Zij leven ondergronds en vreten de wortels van je grasplantjes helemaal weg met als gevolg dat je gras in korte tijd helemaal bruin wordt. Ze kunnen bestreden worden, maar moeilijk. De mol leeft onder andere van deze insecten. Hij eet dagelijks een derde van zijn lichaamsgewicht en dit zijn, met uitzondering van een verdwaalde muis of kikker, hoofdzakelijk regenwormen, naaktslakken en insecten.

Als mollen het gemunt hebben op jouw gazon zijn er verschillende methodes om hier iets aan te doen. Dat kan dieronvriendelijk (vanaf 2005 is de mol, in tegenstelling tot de woelrat die veel meer schade aanricht, niet meer beschermd), maar er zijn ook manieren om dit op een humane manier te doen. Wat je daarbij altijd goed voor ogen moet houden is dat wanneer je een mol wegvangt uit jouw tuin er al snel een nieuwe mol zijn intrede doet in het reeds aanwezige gangenstelsel en dan ben je weer terug bij af.

Als je je gazon nog aan moet leggen heb je de beste kans om hem ‘onder de grond’ te houden. Graaf zo’n 10 a 20 cm grond af en breng over het hele oppervlak gaas aan. Bevestig de stroken aan elkaar en zorg dat ze goed sluiten. Vervolgens kun je de afgegraven grond weer uitstorten over het gaas, of beter nog, een laag van goede teelaarde of bemeste tuingrond. De mollen kunnen wel onder het gras hun tunnels graven maar ze kunnen niet naar boven, en daar gaat het natuurlijk om.

Een tweede manier om mollen uit je tuin te houden is het plaatsen van mollenverjagers. Deze produceren een heel laag geluid dat voor mensen onhoorbaar is. De bijna blinde mol heeft een heel scherp gehoor en denkt dat dit geluid geproduceerd wordt door andere bodembewoners, zijn vijanden. Hij zorgt dat hij uit de buurt blijft. De toepassing is simpel: je steekt ze in de grond en zet ze aan. De meeste werken op batterijen maar ze zijn ook al te krijgen op zonne-energie. Het plaatsen van bodemloze flessen die je met de hals naar beneden in de mollengangen steekt zou het zelfde effect hebben. Deze zou je om de een a twee meter in de gangen moeten steken terwijl de elektrische mollenverjager een werkzame diameter van 15 meter heeft. In een gazon geniet de elektronische verjager daarom de voorkeur. Ziet niet uit al die omgekeerde bodemloze flessen in je gazon. Of misschien als moderne kunst?

Zitten ze al in je tuin dan kun je er natuurlijk ook wel wat aan doen. Een onvriendelijke manier is om ze te vergassen met carbid. Dat doen we natuurlijk niet. We kunnen ze ook vangen. Dat kan met verschillende types diervriendelijke vallen waarin je ze levend vangt. Zet ze daarna uit in een bos waar ze weinig ‘schade’ kunnen aanrichten. Hier kunnen ze gewoon hun gang gaan.

Dieronvriendelijk kan ook. Een van de glimmende klemmen stond dicht. Toen ik hem uit de grond haalde was ik er nog meer van overtuigd dat deze manier van mollenbestrijding zeker niet mijn voorkeur heeft. Een weerloos beestje dat geen schijn van kans had zat verwrongen in de val. Een dag later verschenen de volgende hopen alweer; een nieuwe mol had het gebied alweer in beslag genomen.

Heb je last van mollen probeer ze op de een of andere manier te verjagen, buiten je tuin te houden. Op een dag schuif je ’s ochtends de gordijnen open om de schade op te nemen en vraag je je verbaasd af: “Waar is de mol?”

Mollenklem, voor en na.

  

  

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE