28 juni 2009 

28 juni 2009

Het paviljoen.

 

Ik was er al een hele tijd niet meer. Jaren geleden wandelde ik er in mijn pauze regelmatig doorheen. Het Aambos. Het ‘oude’ gedeelte, een echt bos, terwijl het ‘nieuwe’ Aambos meer een park is. Ik weet trouwens niet of de termen oud en nieuw officiële termen zijn maar zo werden ze bij ons altijd genoemd.

Ik sta bij de grote kei bij de ingang boven aan het Bospad. Ik loop het Aambos  uit en kijk om me heen. We gaan even 90 jaar terug….. 

 

We genieten van een treffend schoon uitzicht op den Heksenberg en de omringende bosschen, op het kasteel Schaesberg, op het in ’t groen verscholen Leenderkapelletje, op de groote, tegen een helling mooi liggende Schaesberger arbeiderskolonie der mijn O.N.’.

 

Nee, dat zie ik nu niet meer, maar dit uitzicht had je hier toen wel, voordat in de jaren vijftig van de vorige eeuw het Bospad en het Dalpad aangelegd en bebouwd werden. Bijna de hele wijk Molenberg was nog onontgonnen gebied, volgens een kaart in dit boekje, ‘Wandelingen in en om Heerlen met geschiedkundige aanteekeningen’ van P.J.M. Peters, uit 1919.

 

 

Mijn eigen herinneringen gaan natuurlijk niet zo ver terug. Het hertenkamp, midden in het Aambos staat me nog het beste bij. Niet alleen herten, maar ook geiten, bokken, konijnen, kippen, eenden en duiven en noem maar op renden en fladderden er rond. Om te voorkomen dat de zwanen bij de vijver aan de Molenberglaan ’s winters vast vroren in het ijs, hetgeen in koude winters wel eens gebeurde, werden ze voor de vorst gevangen en overgebracht naar het Aambos. Mijn vader, die werkzaam was bij de gemeente, assisteerde daarbij. Met hem ging ik ook wel eens mee als de levende have daar gevoerd werd wat hij wel eens deed, tijdens de vakantie van de vaste verzorger.

Dit dierenparkje was tevens een goed afzetgebied voor onze eigen overcomplete have. Heel wat kindjes van Barend en Katrien, de Oudhollandse Meeuwtjes, een duivenras, van mijn broer Jos, verhuisden na het bereiken van de huwbare leeftijd naar hun soortgenoten in het hertenkamp. Uitgehuwelijkt als het ware. Naar hun mening werd niet gevraagd. Ditzelfde gebeurde ook met veel lachduifjes wier ouders nog nooit van geboortebeperking hadden gehoord en die zomer en winter doorgingen met het in stand houden van de soort. In een doosje, achter op de fiets, nam ook menig lachduifje deze sprong in het duister.

 

Andere herinnering.  Midden in het Aambos lag een paviljoen met muziekkiosk, gebouwd in 1920. Voor menig wandelaar tot in de jaren 60 het doel van hun zondagmiddagwandeling. Langzaam raakte dit paviljoen in onbruik hetgeen uiteindelijk resulteerde in afbraak in 1971. Alleen een met inheemse planten dicht gegroeide ‘open’ plek herinnert nog aan dit gebouwtje en zijn vervlogen vrolijke tijden.

 

Het Aambos is een hellingbos. Het gebied van 45 hectare, gelegen langs de bovenloop van de Caumerbeek, bestaat uit een beekdal en helling, die grotendeels begroeid zijn met hellingbossen. Eind jaren tachtig verloederde het bos; wandelaars voelden zich er niet meer veilig. Eind jaren negentig werden er plannen gemaakt om het bos te ‘renoveren’. Plannen om een groot aantal bomen te kappen werden na felle protesten gewijzigd. Het Aambos moest bos blijven en vooral niet in een park veranderen. Buiten de groene werkzaamheden werd er tevens een nieuwe entree gerealiseerd, een aantal paden verlegd en opgeknapt. Al met al in mijn ogen een geslaagde operatie.

Alleen, ik mis het paviljoen nog.

 

     

 

     

 

1. Gedeelte van de kaart uit 1919. Een deel van het ‘nieuwe’ Aambos is nog niet aangeplant. Er staan nog nauwelijks huizen op de Molenberg.

2. De zwerfkei bij een van de ingangen

3. Van het ‘originele’ hertenkamp is niets meer te zien. Een pad loopt er nu dwars doorheen.

4. Barend (r) en Katrien (foto: Jos)

5. Het paviljoen in volle glorie. (foto: internet)

6. Een pad loopt nog naar de plaats waar ooit het paviljoen stond.

 

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE