29 mei 2011

29 mei 2011

Onder een boom

Droog en warm weer. Ideale leefomstandigheden voor Aphidoidea die zich tegoed doen aan het heerlijke sappige voorjaarsgroen. Onder deze gunstige omstandigheden planten ze zich bovendien razendsnel voort, waarvoor ze trouwens geen partner nodig hebben. 15 tot 20 generaties per jaar, dat doet zelfs een konijn hem niet na. Het liefst zitten bladluizen – dat is de gewone naam van deze beestjes – op groeipunten omdat daar de meeste ‘vitamientjes’ in zitten. Meestal zijn ze groen want dan vallen ze het minst op. Maar soms ook wit, geel, zwart, paars of rood; de kleurenkijker wil ook wel eens wat anders. Er wordt een gaatje geprikt in een zeefvat (via zeefvaten gaat het transport omhoog) en doordat er druk staat op deze vaten, stroomt het plantensap vanzelf bij de luis naar binnen. Hij hoeft er niets voor te doen. Of daar de uitdrukking ‘een luizenleventje’ vandaan komt? Deze maaltijd kan dagen duren voordat de luis een nieuw plekje aan tafel uitzoekt. Zo gauw de meeste voedingstoffen zijn opgenomen wordt het restproduct uitgescheiden, een plakkerige vloeistof, honingdauw, die we allemaal wel kennen als we ‘s zomers onze auto parkeren onder een boom.

Dit ervoer ik afgelopen week. Mijn eendje had de hele dag heerlijk in de schaduw gestaan. Toen ik terugkwam was mijn 2CV van bumper tot bumper overdekt met een kleverige, glinsterende substantie. Zelfs het zicht door de voorruit werd erdoor sterk beperkt en ik was maar al te blij dat ik ’s ochtends het dakje had dicht gemaakt.
Dit luizenverhaal is een van de argumenten van ‘boomtegenstanders’ om een boom gekapt te krijgen. Naast alle rotzooi, de bloesem, de zaadjes en in de herfst de bladeren die afvallen, de schaduw in de zomer, de wortels die een stoep omhoog kunnen drukken komt er dit jaar, sterker nog dan andere jaren, de overlast bij van de honingdauw die alleen positief uitpakt voor de omzet van de carwash. Toch blijven bomen, ondanks al deze ‘overlast’ niet alleen onmisbaar voor ons maar zelfs van onschatbare waarde. Ze leggen CO2 vast (weg met die ondergrondse opslag!) en geven ons zuurstof terug. Ze filteren een enorme hoeveelheid fijnstof uit de lucht en zorgen voor een aangenaam leefklimaat. En ze zijn natuurlijk gewoon mooi. ‘Ieder mens is met een boom verwant. Slechts in verbinding met zijn boom kan hij gelukkig zijn’ schreef de beroemde Nostradamus  al in de zestiende eeuw.

Ook in mijn eigen tuin valt het op. Bomen waar ik normaal gesproken zelden luis op zie, plakken dit jaar enorm. De knotlinde achterom, die ik vroeger wel eens een jaar oversloeg met snoeien, hetgeen beantwoord werd met de aanwezigheid van luis, wordt daarom tegenwoordig elke winter geknipt. Nooit meer luis…. tot nu. De rode beuk, waar wel eens wat witte vlieg op zit, veroorzaakt een licht glinsterende laag op alles wat er onder staat. Ook de haag van haagbeuk bleef niet onaangeroerd. De voorraad voedsel voor de jonge pimpel- en koolmezen is zo groot dat pa en ma het niet weg gewerkt krijgen.

Toch zijn er verschillen. Sommige bomen worden keer op keer geplaagd terwijl andere altijd vrijuit gaan. Neem lindes: plak gegarandeerd. Wil je toch perse lindes planten dan is de krimlinde (Tilia euchlora) de beste  omdat hij zelden geplaagd wordt. Het planten van een esdoorn is ook vragen om problemen. Natuurlijk is dit probleem veel kleiner als de boom niet boven je terrastafel groeit, of zijn takken boven je auto uitspreidt. Het zijn wél prachtige bomen, die esdoorns. Omdat het meestal om grote bomen gaat is bestrijding moeilijk en bovendien kostbaar. Bomen gaan er nooit dood aan en vaak verdwijnen de luizen na verloop van tijd vanzelf.  

Boven mijn tafel groeit een plataan. Deze geeft geen luizenoverlast, ook nu niet bij dit droge warme lenteweer. Een plataan is wat dat betreft een ideale boom. Nooit luizen. Bovendien is het een ‘diepwortelaar’ die onder normale omstandigheden je terras niet omhoog zal drukken. Het enige nadeel vind ik de enorme groeikracht. Wil je hem als dak boven je terras dan zul je toch enkele malen per jaar de snoeischaar ter hand moeten nemen om de lange, hoog opschietende scheuten terug te snoeien. En dat is gezien het stof dat er bij vrijkomt geen sinecure.

Eendjes houden van water dus heb ik die van mij daags erna in bad gedaan. Alle spookverhalen ten spijt, dat je het plakgoedje er met een schuursponsje nog niet van af zou krijgen, was hij in no-time weer schoon. Hoewel ik aanvankelijk schrok viel het uiteindelijk wel mee, die plak. Maar ondanks dat, denk ik, dat ik hem voorlopig toch maar niet meer onder een boom parkeer.

     

1.                                               2.                                                3.

1. Het zicht was 'enigzins beperkt'
2. Luis in rode beuk
3. Niet alleen mieren maar ook deze blauwe waterjuffer, zittend op het zeepkruid, vond het heerlijk en was druk bezig met haar pootjes iets van dat 'lekkers' naar binnen te werken.

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE