29 november 2015

29 november 2015

Uit eigen tuin.

Vandaag is het de eerste zondag van de advent, de ‘aanloop’ naar Kerstmis. Ook al is die aanloop bij winkels al weken en weken geleden begonnen, officieel mag je je kerstboom nu pas optuigen. Aftuigen kan tot Maria Lichtmis, 2 februari, maar er zijn maar weinig bomen, met of zonder naalden, die dat halen. Wij wachten nog even. Laat eerst sinterklaas zijn ding maar doen. Als hij en zijn hulpjes weer op de boot richting Madrid zitten halen wij een boom uit het veld bij een boer in Ubachsberg, vers gekapt. Wat maretak heb ik wél al klaar liggen. Tijdens de najaarsstormen van enkele weken geleden heb ik al wat verzameld. Maretak hoort bij mij net zoveel, misschien zelfs nog wel meer bij de kerst, dan de boom. Met de hulst vormt dit trio de ultieme kerstversiering. Alle drie zijn ze groenblijvend, symbolen van het eeuwig leven.

Iedereen heeft recht op één afwijking, wordt wel eens gezegd, en ik ben bang dat het bij mij die maretak is. Jaren geleden ben ik in de ban van dit plantje geraakt en de fascinatie blijft alleen maar groeien. Hoewel ik nog niemand het ‘echte’ geheim van het zaaien van maretak heb weten te ontfutselen ben ik er toch in geslaagd dit plantje bij een twintigtal bomen te zaaien, vooral appel en linde. Een piepklein plantje op een meidoornboompje verraste me onlangs geheel onverwacht.

Maar ik ben niet de enige. Zo gebeurde het ook bij Michiel en Suzanne. Ook zij werden jaren geleden tijdens vakanties in het heuvelland aangetrokken door de mysterieuze ‘groene bollen’, heel hoog, lees té hoog, in heel veel bomen. Te hoog om ze goed te kunnen bekijken en te bestuderen. En net zoals bij mij, kriebelde bij hun de wens om maretak in eigen tuin te hebben, maar dan niet zo hoog, maar op ooghoogte. Na wat experimenteren lukte het Michiel en Suzanne. De explosieve groeikracht op appelbomen bleek verbazingwekkend. De belangstelling bleef groeien. Dit wonderbaarlijke plantje moest voor meer mensen bereikbaar zijn. Michiel, zelfstandig hovenier, besloot hiermee aan de slag te gaan en kocht bij een kweker in Margraten een groot aantal appelbomen van diverse rassen. De Boskoop, de Dubbele Bellefleur, de Groninger Kroon, het Notarisappeltje en ga zo maar door. Bessen werden erop uitgesmeerd en de ‘maretakkenkwekerij’ was een feit.


In april van dit jaar had ik Michiel en Suzanne en hun dochtertje Sanne op bezoek. Ze genoten van een weekje vakantie in ons ó zo mooie Zuid-Limburg. We wandelden langs een bloemlezing van ‘maretakbomen’ in een straal van enkele kilometers. Ze waren verbijsterd over de grote diversiteit aan gastheren, waarin de Viscum album zich genesteld had. Wat dacht je van de linde, Canadese populier, appel, sierappel, schietwilg, moeraseik, meelbes, sleedoorn, Japanse kers en robinia. Op een wintereik, de boom waaruit de Kelten de maretak snoeiden met een gouden snoeimes, heb ik hem nog nooit aangetroffen.

Het tegenbezoek in het Brabantse land vond afgelopen zomer plaats. De regen was net opgehouden toen we de auto parkeerden voor de poort van de kwekerij. Hun knusse huisje lag wat verscholen tussen hoge bomen. Wat een idyllisch plekje. Het welkom was zeer hartelijk. Zelfs de kleine Sanne leek ons bezoek gezellig te vinden. Waar ik natuurlijk heel nieuwsgierig naar was, was naar hun kwekerij. Na de koffie of thee begonnen we aan een rondje, op de voet gevolgd door een paar meesjes. Deze waren zo tam dat ze de nootjes die Michiel bij zich had bijna uit zijn hand aten. Meteen al kwamen een paar nieuwsgierige paarden naar de rand van hun wei om ons te begroeten, Suzannes hobby. Wat een prachtig bezit dit allemaal. Al gauw zag ik de eerste maretakbol in een weitje met ‘long grass’ en een keur aan kleurige wilde bloemen. Het leek een live-uitvoering van een schilderij van Claude Monet. Jammer genoeg begon het van tijd tot tijd zachtjes te regenen. Iets verderop stonden ze dan, de appelbomen met maretak, tientallen, keurig in rijen, om van te watertanden. Zo’n boom hoort eigenlijk in elke tuin, hoe klein ook. Een appelboom is heel goed ‘binnen de perken’ te houden, dus wat let je. Onder een heg duikt plots een kloek op met een paar kuikentjes en het lukt Lily er een op te pakken. Het groene hart van het stel blijkt ook uit de overvloedige biologische groentetuin waar, net zoals bij de appelbomen trouwens, geen kunstmest en bestrijdingsmiddelen worden gebruikt, en waaruit het hele jaar rond gegeten wordt. Michiel heeft ook nog wat andere bomen, coniferen en wat perkgoed maar dit wordt langzaam afgebouwd. Maretak op appel wordt het ‘hoofdgerecht’, een boom waarvan tweemaal geoogst kan worden: in de nazomer een heerlijke appel en met de kerst je eigen maretak uit eigen tuin, die je boven een deuropening kunt hangen. En je weet maar nooit wie er ‘per ongeluk’ onder gaat staan….

   

   

   

Enthousiast geworden, maar geen zin om het zelf te zaaien? Klik hier voor hun site

Er is op dit moment, t/m 9 januari 2016, een tentoonstelling over de maretak in het boomkwekerijmuseum in Boskoop. Een aantal van de curiosa die ik de afgelopen jaren verzamelde zijn daar, uitgestald in vitrines, ook te zien. Ben je in de buurt, ga eens kijken.


(Foto’s hieronder: opening tentoonstelling, 5 november 2015)

   

VOORGAANDE                                                                               VOLGENDE